Doel is het vroegtijdig opsporen en beperken van besmettingen met de bacterie Erwinia amylovora, die aanzienlijke schade kan veroorzaken voor de boomkwekerijsector.
Bacterievuur tast vooral planten uit de rozenfamilie aan, waaronder appel, peer en meidoorn. Als een kwekerij besmet raakt, kan dat gevolgen hebben voor de verhandelbaarheid van het plantmateriaal. Daarom is het voorkomen van verspreiding essentieel voor zowel de sector als de handel.
Tien wettelijk vastgestelde bufferzones
Sinds 1983 kent Nederland tien wettelijk vastgestelde bufferzones waarin verscherpt toezicht geldt. In deze gebieden voert Naktuinbouw jaarlijks controles uit, in opdracht van de Raad voor de Boomkwekerij en volgens richtlijnen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Dankzij deze aanpak is het aantal aantastingen in de bufferzones gedaald van zo’n 1000 gevallen in de beginjaren naar gemiddeld 150 per jaar.
Inspecties
De inspecties in het buitengebied lopen van augustus tot en met oktober. Op kwekerijen worden vanaf juni twee intensieve inspectierondes uitgevoerd. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar planten met duidelijke ziekteverschijnselen. Inspecteurs nemen ook monsters van planten die er nog gezond uitzien. In het laboratorium wordt onderzocht of deze planten toch besmet zijn. Dit heet een 'latente toets', wat betekent dat er gekeken wordt naar een verborgen besmetting. Binnen de bufferzones is het aanplanten van gevoelige soorten, zoals wilde meidoorn, verboden.
In bufferzones inspecteert Naktuinbouw extra op bacterievuur-aantastingen. Waardplanten van bacterievuur die binnen de bufferzone zijn geteeld en vrij zijn van bacterievuur mag u verhandelen.
Met deze jaarlijkse inspecties wordt niet alleen de plantgezondheid bewaakt, maar ook het vertrouwen in de Nederlandse boomkwekerijsector als exportpartner versterkt.
(Bron: Boom in Business Willemijn van Iersel 4 juli 2025)
Gepubliceerd op